dinsdag 26 april 2011
De Ziel is Gewicht
De mimegroep Walking faces onderzoekt in samenwerking met het Museum voor Moderne Kunst Arnhem de schoonheid van de vergankelijkheid. Dit in een vorm van een drieluik gebaseerd op de 3 grootheden: Het lichaam, de geest en de overstijgend ziel.
De performancee is op 1 mei te zien in het MMKA: 13.30-14.00uur en 15.30-16.00uur. Vooraf: 29 april Parktheater 20.00-20.30uur en 21.00-21.30uur openbare repetities.
Spiegeling
De Ziel is een soort afpellen, wat er altijd is maar waar je niet altijd aan denkt
De ziel is het missen zelf
Ziel is gewicht
Ziel is gedicht
Ziel is een metafoor: het is de betekenis van de persoon. De ziel maakt de overgang naar gene zijde.
We dragen vaak de dode zielen op onze schouders, ‘chips on your shoulder’, de naasten die met je meekijken.
Halo
Het duurt 6 sec. voordat de neuronen in je hersenen het je laten weten, wat is je wil dan eigenlijk, is die dan ook 6 sec. later?
Onderzoek naar hersenactiviteit laat ook zien dat de neuronen zelfstandig werken,
Bij ‘point of no return’ (de dood), is een halo zichtbaar en geven de neuronen na enkele minuten stilstand een laatste energie boost alsof de batterij leegloopt.
We praten ook over het kunstwerk over leven na de dood waarin een speciale kist is gemaakt om de lichaamszuren op te vangen en te gebruiken voor een batterij.
Die kun je dan als achterblijvend naaste voor bedlampje of zaklantaarn gebruiken
Snorren
Het MMKA weer in op 2e Paasdag om 11.00uur.
De beveiliging en de receptie weten ervan: we worden enthousiast begroet.
De beveiliging komt meerdere keren kijken als we bezig zijn met de ideeën van de compositie. Hij is geinteresseerd, vindt het spannend, kan er helaas niet bij zijn op 1 mei.
Ook andere bezoekers blijven kijken.
We voelen ons vrij en onbekommerd.
Emmy doet de verslaggeving op video en foto.
We hebben zo een aardige routine.
Sarah heeft de afgelopen dagen veel ‘Jesus’ gedaan: de Mattheus Passion spelen is zwaar en vermoeiend. Nog even en de veel verdienen april maand is weer voorbij.
Sarah komt bij want dit is anders soort werk: we huppelen als het ware over het gras zo blijmoedig zijn we aan het zoeken naar de passende compositie voor deel 3 De Ziel.
Als vanouds kwam Sarah in haar Fiat Panda aan snorren. De hand choke staat altijd aan want anders slaat de bijna oldtimer koektrommel steeds bij elk stoplicht af. Een snorrend geluid.
Motormaaier in Arizona
Ik weet wat ik wil. En probeer het al gesticulerend uit te leggen.
Voor dat we het beseffen zitten we middenin onze zieleroerselen en spelen met klank en beweging, en spatten de vonken er vanaf.
Tot grote glimlachen en blije blikken van de toegestroomde toeschouwers.
In woorden verduidelijk ik dat ik in de lading van de 12 maat als een melodie opbouw zie: een maatsoort waarin natuurlijk alles past maar die vooral een langere spanningsboog aangeeft.
Ligetti is een van de eerste minimalisten die langere maatsoorten hanteerde.
Zo schilder ik: Dit stuk over De Ziel begint met vliegtuiggeluid, of het geluid van een motormaaier in Arizona met de zonspiegel zo heet en licht op het wegdek dat de lucht gaat zinderen.
(Sarah denkt meteen aan David Linch film waarin een oude man een reis onderneemt door Amerika op een motormaaier.)
Het is natuurlijk maar een aanduiding. Een beeld om de lading aan te geven.
Ik wil in dit deel de melodie als uitgangspunt nemen.
En de lading magistraal laten opbloeien en instorten. Het hele luchtruim, hemelgewelf moet erbij. De engelen moeten naar beneden komen.
Waarom nu ineens melodie? Omdat het bewegingsspel ook de metafoor van de ziel in beeld en intentie weer gaan geven. Mensen bij elkaar. Mensen die het het leven dragen. Mensen die elkaar dragen.
Dit is de eerste keer dat we vanuit een beeld beginnen.
Valse cherubijntjes:
Eerst klinkt er een lichte aanzet medodie lijn, dan komen de spelers er bij (vanuit deel 2) en dan de ontwikkeling naar kracht en gewicht.
Wild en met weerstand moet het opzwepen als een ‘dance macabre’ en dan komen die lieflijke maar ook valse cherubijntjes die het hele plafond nokvol vullen en dan naar het einde klinkt nog een laatste cello sneer tot het stopt – valt – instort met ontzagwekkende stilte.
We proberen stem uit. Blaffende honden.
Hoover stofzuigers. Lugubere Cherubijntjes en luchtverplaatsingen.
We improviseren er vrolijk op los. Zijn beiden van alles aan het uitproberen maar steeds helder in de kern:
– De spanning van de melodie opbouw die zich gaat ontpoppen tot geweld, vrolijkheid en val.
– De spanning van de ‘twist’ in de tijd (net iets later) en in de contrasten van traagheid in beweging en enorme uitbarsting daarna, zijn de basis voor de compositie.
We leggen nog niet hoe we eindigen vast. Daar zijn de spelers voor nodig.
Stofzuigers:
In het museumcafé praten we nog even na bij thee en koffie.
Via stofzuigers komt het op notatie met geluiden, Kurt Schwitters, taal en kleur tekeningen ipv. Notenschrift. Berlioz die alles in zijn composities vast legde: kleuren, dynamiek enz. (itt. Bach)
Het vastleggen is een verlangen de kern van de muziek of het spel te kunnen reproduceren. Ook al weten we met zijn allen dat het feitelijk een onbegonnen zaak is. Het spel kan niet tot op dat niveau gecontroleerd worden.
Het hier en nu, de ruimte en de interpretatie van de speler is van grote betekenis voor de klank. (of de beweging-het spel). Dat is de ziel.
Peter Kooi – groot bassist komt ter sprake. Zanger die de Duitse taal zo theatraal kon inzetten – taal zingen ipv alleen zingen. Woorden die dragen.
Woorden die de ziel dragen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten